kikkers

De grootste kikker leeft in Afrika en is de Goliathkikker.                 Hij weegt zo veel als een pas geboren baby. De kleinste kikker die ze hebben gevonden, leven in Indonesie. Ze zijn zeven millimeter groot, dat is zo klein als een punaise! Er is ook een familie van kikkers die een beetje doorzicht Zijn,dat zijn glaskikkers. Daar kun je zo hun ingewanden zien zitten. Kikkers vind je niet alleen in bijna de hele wereld, maar ook maar ook op de gekste plekken in het water onder de grond,in de struiken en hoog in bomen. Ze kunnen niet alleen ver springen om te ontsnappen, maar ook vliegen!        Sommige boomkikkers hebben vliezen tussen hun tenen. Ze springen van de ene naar de andere boom en gebruiken de vliezen als een soort vleugels. Zo zweven ze wel vijftien meter ver, dat is zover als de lengte van een bus!

katten

Je hebt katten en poezen. De haren van een kat bedekt bijna zijn hele lichaam. Behalve de neus, lippen, tepels en de voetkussentjes hebben geen haren. Op de buik van de kat staan wel 18.000 haren per cm² en op zijn rug 9000 per cm². Een kattenhaar groeit ongeveer 3 mm per dag. In de lente en de zomer zitten katten in hun ruiperiode en verliezen ze meer haren dan gewoonlijk. Dit om zich aan te passen aan het steeds warmer wordende weer. Door middel van zijn vacht kan de kat zijn eigen temperatuur regelen.

Vachten: Er bestaan verschillende soorten vachten: een korte vacht, een halflangharige tot een langharige vacht en een krullende vacht zoals de Rex. De vacht van de verschillende kattenrassen is ook aangepast aan het klimaat.

Wanneer een kat schrikt of bedreigd wordt, staan al zijn haren overeind, ook op zijn staart. Zo ziet hij er veel groter en gevaarlijker uit. Op die manier probeert hij zijn vijanden af te schrikke.n

vissen

De huid van een vis lijkt niet op de huid van een mens, of op dat van onze huisdieren zoals honden, katten en hamsters. De huid bestaat uit schubben. Schubben zijn een soort plaatjes die elkaar overlappen. Ze liggen als dakpannetjes over elkaar heen en zitten aan één kant vast. De andere kant komt steeds een klein stukje over de schub daaronder. Daarom is een vis ook zo mooi glad. De schubben hebben verschillende functies.

-De eerste functie is het verstevigen van het lichaam van de vis. Zonder schubben zou een vis alleen uit vlees en bot bestaan.

-De tweede functie is dat de schubben het lichaam van de vis beschermen.

-De derde functie is dat ze zorgen voor een goede stroomlijning tijdens het zwemmen.  De stroomlijning zorgt ervoor dat de vis snel door het water kan bewegen. Toch hebben niet alle vissen schubben, zeepaardjes en haaien bijvoorbeeld hebben ze niet.

konijnen

Een konijn dat veel haar verliest leidt bij onervaren konijnenbaasjes soms tot paniek. Het haar ligt soms zelfs verspreid in de kooi of wanneer je het konijn aait blijven grote plukken aan je handen kleven. Ook een kale plek hier of daar komt vaak voor. Toch hoef je je meestal geen zorgen te maken en gaat het om de normale haaruitval tijdens de rui, waarbij het konijn een nieuwe vacht krijgt.

Konijnen kunnen veel beter tegen de kou dan tegen de warmte. Ze moeten wel op tijd buiten neergezet worden, ongeveer oktober. Ze gaan dan namelijk hun wintervacht opbouwen die ze hard nodig zullen hebben als het gaat vriezen. Een kruik heeft een konijn echt niet nodig, de wintervacht geeft genoeg warmte.

Vachtverzorging:

vogels

Iedereen kan een veer herkennen, maar wat zijn veren eigenlijk? Ze zijn er in vele soorten en maten. Veren zijn uitsteeksels die uit de huid komen. Veren komen uitsluitend voor bij vogels, en alle vogels hebben ze.

De voornaamste functie van veren is het mogelijk maken van vliegen. Vogels laten aan elkaar zien hoe gezond ze zijn door ‘goed in de veren’ te zitten. Felle veren maken het gemakkelijker voor mannetjes en vrouwtjes van dezelfde soort om elkaar te vinden. Bij een jonge vogel zijn de eerste veren die ontstaan dons.

Veren zijn ook belangrijk voor temperatuursregeling. Vogels gebruiken ze om zichzelf warm te houden, maar ook om hun nest warm te houden. Veren hebben een groot voordeel boven haren, aangezien ze verder uitgezet kunnen worden. Hierdoor kunnen vogels hun lichaam ook gemakkelijk afkoelen.

Veersoorten

• Er zijn vier veersoorten te onderscheiden.

  • Donsveren waren de eerste soorten die zich ontwikkelden, Bij een jonge vogel zijn de eerste veren die ontstaan dons. Dons dient ter isolatie en kan water afstoten. Het is de eenvoudigste veer, en wijkt sterk af van de andere veren door zijn eenvoud.

  • Dekveren zijn ingewikkelder. Deze veren stroomlijnen het dier en spelen een rol in de temperatuurshuishouding. Dekveren beslaan het grootste deel van de vogel.

  • Slagpennen zijn belangrijk voor de vlucht. Deze veren geven lift en stuwkracht, waardoor de vogel omhoog kan komen.

  • Staartpennen zijn nodig om stabiliteit te behalen. Zonder slagpennen zou een vogel niet kunnen sturen of remmen en dus snel uit de lucht vallen.

  • Poederdonsveren zijn een zeer ontwikkelde veersoort. Deze komen voor bij reigers, roerdompen, haviken en papagaaien. Naarmate deze veren groeien scheiden ze een talkachtige substantie af. Dit maakt de veren waterproof.

  • Filopluimveren lijken sterk op haren. Ze hebben geen bekende functie, maar lijken overblijfselen uit vroegere tijden. Ze zien eruit als een lange ‘steel’ met een paar vertakkingen bovenop.

•